Startpagina             contact
 WLA verschil tussen WLC
Er zijn nogal wat detail verschillen tussen de diverse Liberators. Dat is geen verasssing na 70 jaar. Ook tijdens de productie werden er aanpassingen gemaakt die vaak te maken hadden met materiaalschaarste of technische verbeteringen. Omdat een WLA/WLC te herkennen is aan zijn motorbloknummer zou dat dus een uitgangspunt kunnen zijn. Op deze pagina een paar zichtbare verschillen maar het zegt niet veel over de orginaliteit omdat alles later gemonteerd kan zijn. Het boek van Mr.Palmer geeft veel informatie over deze verschillen. Blijft over: plaatjes kijken en vergelijken.
Originele bloknummers zijn gemakkelijk te herleiden. Er zijn echter veel blokken omgewisseld en vervangen dus dat nummer is leuk maar zegt eigenlijk weinig. Er wordt onevenredig veel belang gehecht aan dit nummer maar wie weet nu of het ook het echte nummer is. Dan zou je de hele 70-jarige geschiedenis moeten weten. Kortom, leuk een nummer maar geen ramp als dat afwijkt. Blokken zonder nummer zijn ook blokken. Kan natuurlijk heel goed zijn dat een van de vorige eigenaren er een nummer in heeft geslagen voor een keuring of kenteken.
Een vroege (1942) WLC kreeg het rechter (oude)luchtfilter maar inmiddels rijden er heel wat rond met de rechthoekige doos op foto links. De WLC uit 43 kreeg weer het rechthoekige model.

Het eerste productiemodel had een aluminium koppelstuk tussen de carburateur en de slang naar het luchtfilter. Na 1943 werd dat stemmig groen gespoten en was vaak van ijzer. Ook de cilinderkoppen moesten er aan geloven en werden zwart gespoten.
  Vaak zie je de extra beugel (rechts) op de WLC. Al of niet in combinatie met de valbeugel links. De beugel zat alleen op de eerste serie uit 1942 met het ronde filter.

Alleen de WLC uit 1942 is duidelijk een andere motor. De WLC van 1943 heeft meer parts van de WLA en lijkt daar wat meer op. Ook hier zal het te maken hebben met productiemogelijkheden,  toeleveringsbedrijven, eisen van de opdrachtgevers en de oorlogsomstandigheden in het bijzonder. Schaarste en problemen bij de bedrijven zullen meespelen.

De verkrijgbaarheid van onderdelen nu is eigenlijk erg goed te noemen en het is dan ook mogelijk om een motor op te bouwen of te restaureren naar een bepaald jaar. Er is veel replica spul op de markt van verschillende kwaliteit. Beter iets dan niets.
 
Een duidelijk verschil tussen beide modellen is het gebruik van een duozit op de WLC zoals rechts goed te zien is. Ook hier zijn weer te verschillende types te zien. In 1943 zat hij alleen nog op het Domestic model. Er zijn ook twee verschillende modellen zadels. Op de WLC Export (1943) zat dan weer geen extra zadel.

De WLA was vanaf het begin al uitgerust met een forse bagagedrager zoals links te zien is. Oorspronkelijk bedoelt voor het monteren van radioapparatuur maar die zie je toch nooit op foto's. Waarschijnlijk was de radioapparatuur te zwak voor de harde condities waarin de motoren moesten werken.

Latere WLC modellen zijn gewoon uitgerust met het "broodrooster" of "duivenplat" van de WLA. Worden ook wel Export modellen genoemd.

Overigens: De C staat voor Canadian, in tegenstelling tot de A die staat voor Army. We onderscheiden in 1943 dus twee verschillende typen. De Domestic voor Canada en de Export voor de rest van de wereld.

(In Rusland werd de WLA weer wel uitgerust met een duozadel maar die zijn duidelijk herkenbaar anders.)
  Omdat de WLC een tweede zadel had was hij ook uitgerust met voetsteunen voor de passagier. Deze zaten op een extra beugel tussen twee framepijpen.

De Kickstarter op de WLC was het oude model (fietstrapper) van de WLA die later vervangen werd door het gladde model op foto links.

Op de foto rechts is nog net de kabel te zien waarmee de handkoppeling kon worden bedient op de WLC. Die had de WLA dus niet.

Omdat het mogelijk was bij de WLC de koppeling met de hand te bedienen was de remhandel op het stuur naar rechts verhuist.
  De koplamp op de WLA zit altijd laag. (behalve op de modellen uit 1941 en na 1949) Op de WLC in 1942 nog hoog met de claxon eronder. Later in 1943 zat de koplamp toch laag maar dan zonder toolbox.

Op de WLC ontbreekt de "Guide" verduisteringslamp die met een beugel gemonteerd werd op de voorvork. Ook de munitiebox en gewwerhouder ontbreken op de WLC.

Bij de WLC Export hoort een afdekkap op de koplamp die werd meegeleverd voor alle modellen buiten Canada.

Over de claxon is nog geen duidelijkheid. Het lijkt erop dat de eerste modellen en oude type gebruikte. Foto rechts.
Ook de verduisteringslamp op het voorspatbord van de WLC heeft een ander model dan op de WLA.

De eerste 3290 motoren werden afgeleverd aan het Canadese leger tussen Augustus en November 1941. De tweede partij van totaal 10020 modellen 42WLC's werden tussen januari en augustus 1942 verkocht.

  De WLC uit 1942 heeft een uniek kistje op het voorspadbord terwijl die altijd naast het spatbord is gemonteerd bij de WLA modellen.

Op de WLC heet hij auxillerybox en zal dus wel gebruikt zijn voor extra spullen. Gereedschap zat gewoon in het kastje aan de zijkant. Op de WLA links is hij bedoelt voor munitie.

Er zijn wat verschillende modellen op de WLA. Een hoog gemonteerde en een laag gemonteerde. Er zitten ook wat verschillen tussen de scharnieren en sluitingen. Foto is de hoge.
 
 
Foto hierboven zijn de WLA lichten. Op de WLA zitten altijd achterlichten van het merk GUIDE. Foto hierboven zijn standaard lampen omdat de merknaam ontbreekt.
 

Er is een nieuwe pagina over dit type achterlampen. Tik maar op de foto voor meer informatie.

Hit the pic for more info about this type of lamp


Op de WLC komen we twee typen tegen. Die kleine lampjes links waren van een model dat op veel Engelse motoren van voor '39 te vinden is. Meestal van Messing/brons gemaakt. Lampjes hierboven worden convoy lamps genoemd.
Op de WLC werd een oud (Harley) type voorstandaard gebruikt om het uitwisselen van de wielen gemakkelijk te maken. Op de WLA ontbreekt deze altijd.

Eigenlijk kun je alle WLC modellen duidelijk herkennen aan hun voorremtrommel.

Veel onderdelen zijn uitwisselbaar maar de voorvork is duidelijk anders. Alle WLC's hebben een remtrommel naast het wiel. Bij de WLA is hij in het wiel gespaakt.
Omdat de wielen op de WLC uitwisselbaar zijn, waren de schommelarmen aan de buitenkant van de voorvorkpoten gemonteerd. Bij de WLA aan de binnenkant en bij de WLC dus aan de buitenkant. Daardoor kon de remtrommel bij de WLC naast het wiel gemonteerd worden.

De remkabel loopt daardoor ook iets anders. WLA is onderlangs, WLC bovenlangs. De remhandel bij de WLA zit oorspronkelijk links op het stuur maar veel rijders hebben hem naar rechts verplaatst op een meer universele plek.
Door de andere montage van de remtrommel is die bij de WLA "ingevlochten" in het wiel. Foto links en daarboven
De achterstandaard werd iets aangepast aan de onderkant door de montage van brede platen (sand pads) om het wegzakken te voorkomen.
Typeplaatje op de tank. Voor de WLC zijn er twee verschillende plaatjes. Bij 1942 staat WLC model rechts en bij 1943 links. Tekst is ook iets anders.
  Op het frame van de WLC zit een extra schakelaar om de achterverlichting uit te schakelen.
 
Wel/geen rubber op de treeplanken? Is nog niet helemaal duidelijk welke dat nu wel of niet hadden.

Er zijn bronnen die zeggen dat de bediening van het gas en de onsteking bij de WLC omgewisseld waren.
 
Hieronder twee foto's van gerestaureerde motoren. Deze prachtige restauraties zijn gedaan in Nieuwegein door MOTORMECHANICA. Beter kun je niet vinden.
 
Weet jij iets dat ik niet weet? Foutje gezien? Graag een mailtje. MAIL
   
Het verzamelen van alle gegevens op dese site hebben mij veel moeite, tijd en geld gekost. Als u iets van deze site wilt gebruiken is het de gewoonte om daar toestemming voor te vragen.

Collecting this information took me a long time and a lot of energy. When you want to use some, please ask. Always place the name and link of the Condorclub Holland.